Geplaatst op Geef een reactie

Werkbeschrijving naaipakket “Tas Wereldkaart”: Naai-initiatie voor Beginners

Het pakket van Madame Tirette

Het naaipakket “tas wereldkaart” bevat een lapje wereldkaartstof (100 procent katoen) in het formaat dat je nodig hebt (75×45 cm), 2 stukken tassenband van ieder 85 cm en een klosje bijpassende stikzijde van Amann Mettler. Je kan het pakket bestellen via de webshop van Madame Tirette. Een pakket kost 15 euro.


Dit naaipakket is bedoeld voor mensen die geen ervaring hebben met de naaimachine. De moeilijkheidsgraad is niveau 0. Voorzie ongeveer 2,5 uur de tijd om je eerste werkstuk te maken. Volgende versies gaat natuurlijk sneller. Volg de eerste keer zeker aandachtig de werkbeschrijving. In al onze werkbeschrijvingen gebruiken wij een naaimachine Husqvarna Emerald 116. Je kan dit model naaimachine huren via onze webshop. Als je thuis met een ander model naaimachine werkt zal je de handleiding moeten gebruiken om te zien hoe jij jouw machine moet bedraden, instellen en gebruiken.

Andere versie maken?

Wil jij deze totebag maken in een andere stof? Dat kan ook! Daarvoor moet je op de webshop een lapje canvas aankopen van 50 cm (dus 5 eenheden van 10 cm stof), en 170 cm (2 eenheden van 1 m) tassenband. Vergeet niet een bijpassend klosje stikzijde te bestellen.

Je moet dan wel (vooraleer je begint) je lapje stof en je tassenbanden eerst nog op formaat knippen (de stof moet 45 cm hoog en 75 cm breed zijn en de tassenband moet 2 keer 85 cm zijn)

Alvast een spelletje om in de goeie mind-set te komen: Zoek de fout op deze foto. (iemand van de beginners maakte in het begin van de workshop een cruciale fout, gelukkig kon ze er zelf mee lachen!)

Wat moet er in je naaidoos zitten?

Naast het naaipakket van Madame Tirette en een naaimachine met bijhorende accessoires heb je de volgende materialen nodig: kopspeldjes, zoomlatje, vulpotlood, schaartje, lintmeter of lange lat, tornmesje. Wat je hiervan thuis niet hebt liggen kan je extra bijbestellen via de webshop.

kopspeldjes, zoomlatje, vulpotlood, schaartje, lintmeter of lange lat, tornmesje

Klik hier voor een introductiefilmpje

Creëer je eigen naaiplekje

Kies een praktisch naaiplekje uit. Dit moet je allemaal klaarzetten:

  • Een tafel met een stopcontact vlakbij om je naaimachine op te zetten.
  • Een strijkplank met strijkijzer in de buurt
  • Een computer met internet om de stappen te volgen (het kan ook op je telefoon maar het is fijner als je scherm wat groter is)

Ben je klaar voor het echte werk? Goed zo!

Het is natuurlijk heel normaal dat er tijdens je eerste stikervaringen wel eens iets “niet gaat zoals het zou moeten”. Zit je ergens in de knoop? Scroll dan even helemaal door naar onderen. Daar vind je nog een heel lijstje met interessante tips voor als je problemen krijgt. Veel succes ermee!

1. je naaimachine gebruiksklaar maken

Let op! Draag de naaimachines van Madame Tirette altijd aan het handvat, en niet zoals ik daar deed in het introductiefilmpje, dat was dus alleen maar voor de show. Slecht voorbeeld 😉

Zet je naaimachine op tafel. Haal het deksel eraf. Plug de pedaal in. Steek de stekker in het stopcontact. Steek de draadhouder erin. Klik hier voor een filmpje.

Zet de machine aan. Zet de draadhouder op zijn plaats en zet het persvoetje omhoog. Klik hier voor een filmpje.

Maak een spoeltje. Klik hier voor een filmpje om te zien hoe dat moet.

Is je spoeltje niet mooi regelmatig opgespoeld? controleer dan of je draad goed tussen de 2 schijfjes is “geflost”.

je draad moet tussen de schijfjes worden “geflost”


Rijg de bovenste draad in. Klik hier voor een filmpje om te zien hoe dat moet.

TIP! Wil je graag een truucje zien om je draad gemakkelijker door te naald te steken? Klik dan hier voor een filmpje.

moeilijk te zien in het filmpje: het pinnetje dat door het oog van de naald steekt

Steek het spoeltje correct in het spoelhuis. Klik hier voor een filmpje.

Haal je draad op. Klik hier voor een filmpje.

Zet nu ook alvast je strijkijzer aan. De voorbereidingen zitten erop. Nu begint het echt stikwerk, veel succes!

2. Instellen naaimachine (zigzagsteek)

Omdat geweven stoffen uitrafelen, gaan we om te beginnen de lap stof rondom zigzaggen. Het is aan te raden om bij je eerste projecten die je maakt in geweven stof hier steeds mee te beginnen.

Stel je machine daarom in op een normale (=brede) zigzagsteek. Dit doe je door deze instellingen te kiezen:

SOORT STEEK Als je de machine instelt is het is meest logisch om steeds eerst de bovenste witte ronde knop in te stellen. Daarmee kies je de soort steek. 1 staat voor een rechte steek, 2 staat voor een zigzagsteek. Dat zijn de belangrijkste steken op iedere naaimachine waarmee je in principe alles kan doen.

Daarna ga je de breedte en de lengte van de steek instellen.

Met het bovenste blauwgroene draaischijfje kan je de breedte van de steek instellen. Die breedte is de afstand die je naald verspringt van links naar rechts als je gaat stikken. Voor een gewone (=brede) zigzagsteek kies je voor 5. Dat is het breedste wat je kan kiezen. De naald zal ongeveer 5 mm van links naar rechts verspringen.

Met de onderste witte draaiknop kan je de lengte van de steek instellen. De lengte van de steek heeft temaken met hoe dicht je naaldenprikjes op elkaar zitten. Als je een te korte steeklengte kiest kan je de stof kapot stikken. Een hele steeklengte zou niet sterk genoeg zijn. Een standaard steeklengte is 2,75 cm.

3. De stof: draadrichting, goede en verkeerde kant

Vooraleer we beginnen moet ik nog iets belangrijks vertellen over de stof.

Stof heeft meestal twee verschillende kanten: een goede en een verkeerde kant. Op z’n ouderwets spreken ze van rechts en averechts. Bij effen canvas stoffen is er geen verschil in goede of verkeerde kant. Alles wat je op de stof gaat aanduiden doe je op de verkeerde kant (binnenkant) van de stof. De verkeerde kant van de stof wordt aangeduid met een bolletje met een streep door. De goede kant van de stof met de R van “rechts”.

In sommige gevallen (zoals bij de wereldkaartstof of deze flamingostof) heeft de stof ook een boven- en onderkant. Het is belangrijk om te zorgen dat de tekening op de stof straks niet ondersteboven staat
De richting van boven naar onder wordt meestal aangegeven met een pijl (op patronen en werkbeschrijvingen) en noemen we de draadrichting.

4. Zigzaggen, surfilleren, overnaaien of afwerken van de randen

Je gaat nu voor de eerste keer stikken (zigzaggen). Bekijk dit filmpje om te zien hoe je moet zigzaggen.

het rode streepje in het midden van het persvoetje ligt op de rand

Onthoud:

Let TELKENS op deze 3 dingen als je gaat stikken (dus als je met je voet de pedaal gaat indrukken)
1. leg je draden goed (= door de gleuf en onder de persvoet naar achteren)
2. zet je persvoet naar beneden
3. draai de naald naar beneden (dit doe je door het handwiel (ALTIJD) naar jou toe te draaien)

  • Zorg dat de de draad die door je naald zit altijd minstens 20 cm uitsteekt. Knip die dus ook niet te kort af als je straks klaar bent met je eerste stiklijn. Is je draad te kort, dan floept de draad uit je naald als je begint.
  • Vergeet niet te hechten bij het begin en bij het einde. Dit doe je door ongeveer 3 steken achteruit te stikken als je net begonnen bent, en als je op het einde bent gekomen.

Heb je je lapje rondom gezigzagd?

Proficiat! Je hebt je eerste naaiervaring zonet achter de rug. In de live workshop hielden we na deze stap even een korte koffiepauze. We zijn nu ongeveer in 1/3 van de workshop. Stuur je even een foto in de groep van een stukje van de gezigzagde lapje? Benieuwd of het lukt!

Is er hier en daar een stukje scheef gegaan? Ben je soms enkele centimeters van de rand afgesukkeld? Geen paniek. Het is normaal dat het sturen nog niet vanzelf gaat. Het is je eerste ervaring! Als er een heel lang stuk niet goed is kan je er nog eens overheen stikken, maar wees niet te streng voor jezelf. De buitenkant is straks wat telt!

5. Zoom afstrepen en omstrijken

Zijn je randen wat opgekruld door het zigzaggen? Strijk dan je lapje eventjes plat. Dat werkt veel fijner.

Aan de bovenkant van het lapje stof komt er een dubbele zoom. Een zoom is een uiteinde waar de stof is omgevouwen en vastgestikt. Bij een dubbele zoom wordt de stof 2 keer omgevouwen, zodat je niks meer van de stofrand ziet. Eerst een kleine vouw en dan een grotere vouw. Wij gaan eerst 1 cm omvouwen en daarna 3 cm omvouwen.

Nu we het lapje stof nog helemaal open kunnen leggen is het gemakkelijk om de juiste vouwen er al vast in te strijken. Dit gaat ons helpen om straks veel makkelijker en netter de zoom te kunnen stikken.

We gaan markeringen (streepjes) zetten zodat we weten waar we moeten vouwen. Dit noemen we afstrepen.

We strepen niet af op de plaats waar we gaan vouwen. We zetten dus geen streepjes op 1cm, en dan nog eens op 3 cm daaronder. Dat klikt logisch om te doen, maar dat is niet praktisch. Als je die streepjes op die plaats zet vouw je straks je stof eroverheen en zie je niet meer wat je doet.

We gaan WEL afstrepen TOT waar de stofrand moet komen: dus op de dubbele afstand van het stukje wat we willen omvouwen. Je eerste streepjes komen dus op 2 cm van de bovenkant. (het dubbele van 1 cm is 2 cm). Zet af en toe een streepje op 2 cm van de bovenkant (op de verkeerde kant van de stof). Doe dit met een vulpotlood (bij lichte stof) of met een zeepje (bij donkere stof). Het is niet mooi als deze streepjes doordrukken aan de goede kant van de stof.

Vouw de stofrand 1 cm om, zodat je rand tot aan de streepjes komt. Strijk om, zoals op dit filmpje.

Let op! Heb je -door de bedrukking op je stof- een boven- en onderkant? Streep dan aan de bovenkant af, zodat straks de tekening niet ondersteboven staat!

Nu gaan we de volgende vouw omstrijken: deze keer 3 cm. We meten dus 6 cm vanaf de bovenrand en zetten opnieuw markeringen.

Strijk de zoom om tot aan deze markeringen.

(TIP! Als je de stof helemaal open vouwt en meet op welke afstand de markeringen nu staan, zie je dat die op 2 en 7 cm van de bovenrand staan. Die 7 cm komt omdat je het dubbele van 3 cm neemt, maar het reeds omgevouwen centimetertje daar nog bij moet optellen. Als je dit doorhebt kan je dus altijd berekenen waar je streepjes moeten komen, als je bijvoorbeeld een broek wil omzomen)

6. Spelden steken om een naad te stikken

Kleren maken doen we bijna altijd binnenstebuiten We spreken dan van “goede kanten op elkaar” of van “rechts op rechts”.

Leg je lapje stof met de goede kant naar boven op tafel. Zorg dat de tekening niet ondersteboven staat (indien van toepassing). Vouw de linker helft nu op de rechter helft. We gaan de rechter zijkant op elkaar spelden om te zorgen dat de randen niet verschuiven tijdens het stikken. Het omgevouwen gedeelte bovenaan moet je voor dit stukje eventjes helemaal terug openvouwen.

Klik hier voor een filmpje op te zien hoe je de randen op elkaar speldt.

Onthoud:

  • Speld altijd eerst de hoekpunten, dan het midden ertussen, en dan terug in het midden, tot je zelf genoeg spelden hebt.
  • Steek je spelden altijd dwars op de richting hoe je wil stikken: Zodat de kopjes uitsteken langs te rand van de stof dus. Dit doe je om te zorgen dat de spelden niet in de weg zitten bij het stikken.

7. Instellen naaimachine: rechte steek

De gespelde randen gaat we nu stikken op 1 cm van de rand. Die 1 cm is je naadwaarde.

Het stikken van naden doen we altijd met een rechte steek. Stel je machine in op een gewone rechte steek: Je zet eerste de bovenste witte knop op 1 in plaats van op 2

Het blauwe draaischrijfje (=breedte=naaldstand) mag je op 5 laten staan. Een rechte steek heeft automatisch een breedte van 0. Dit schijfje moet je nu gebruiken voor de naaldstand. Die 5 betekent nu dat je naald in het midden staat. Dat is belangrijk om te zorgen dat je stikafstand straks klopt.

De onderste witte knop (steeklengte) mag blijven staan op een normale steeklengte van 2,75

8. Naden stikken op 1 cm van de rand

Stik de zijnaad op 1 cm naadwaarde. Die naadwaarde kan je aflezen op het steekplaatje. In het begin en op het einde moet je aan-en afhechten om het stiksel vast te zetten Dat doe je met de knop “achteruit”. Verwijder je speldjes als je in de buurt komt. Bekijk dit filmpje om te zien hoe je deze naad stikt op 1 cm.

Strijk deze zijnaad open zoals op dit filmpje.

Stik nu op dezelfde manier de onderkant van de tas op 1 cm. Dit zou je nu al moeten kunnen zonder filmpje 😉

9. Tassenband tussen de zoom spelden

Leg je tasje plat op tafel met de naad aan de zijkant. Neem een stuk tassenband en steek de uiteindes tussen de zoom zoals op de foto. Zorg dat de tassenband niet gedraaid zit. Zorg dat de afstand van de tassenband tot de zijkant 6 cm is. Speld ieder uiteinde vast met 2 speldjes.

Draai het tasje om en speld ook de andere tassenband op zijn plaats.

10. Stikken op 1 mm (= stikken op de rand)

Stik de zoom met een rechte steek op 1 mm van de open rand vast. Begin en eindig bij de naad. Vergeet niet aan- en af te hechten. Probeer het begin en eind van je stiksel mooi te laten doorlopen. Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je deze zoom op 1 mm moet stikken.

Vouw de tassenbanden nu om naar boven toe en speld ze weer vast.

Stik nu nog eens aan de bovenste rand van de stof op voetbreedte. Dat betekent dat de zijkant van het voetje gelijk ligt met de zijkant van de stof. Net zoals in dit filmpje.

Keer je werkstuk. Duw de hoekjes er mooi uit. Is het was verfrommeld van de inspanning? Strijk het dan nog even plat. Proficiat! Je tasje is klaar!

Ruim je spulletjes op en stop alles wat terug moet komen in de naaidoos. De draad en je zelfgemaakte tasje mag je houden.

Klik hier voor een afscheidsfilmpje. Is jouw tasje ook klaar? Mail je me een fotootje? Of tag je Madame Tirette op facebook of Instagram? Ik ben super benieuwd! info@madametirette.be

11. Wat als het fout gaat?

Het klinkt misschien allemaal heel makkelijk, zo een uitleg op een blog. Het is natuurlijk heel normaal dat er tijdens je eerste stikervaringen wel eens iets “niet gaat zoals het zou moeten”.
Daarom even een lijstje van de 10 meest voorkomende fouten en hoe je ze kan oplossen. Vind je de oplossing er niet tussen? Na een kleine pauze met een fris hoofd je machine even helemaal opnieuw bedraden werkt meestal wel!

  1. Springt je draad telkens uit je naald? Vergeet niet dat je de bovenste draad steeds minimum 20 cm uit je machine moet laten hangen. Hij wordt immers plots korter als je begint te stikken.
  2. Heb je een nogal rafelige stof zoals canvas? Dan kan het gebeuren dat de stof rond je persvoetje rafelt tijdens het zigzaggen. Klik hier voor een filmpje om te zien wat je moet doen als je hierop vastloopt.
  3. Lijkt je werkstuk vast te zitten aan je machine als je het wil verwijderen, of komen er teveel draden uit? Draai dan even het handwiel een tikje verder naar je toe, zoals in dit filmpje.
  4. Je machine maakt een gek zoemend geluid en je naald gaat niet meer op en neer als je op de pedaal hebt geduwd, zoals in dit filmpje? Dan ben je waarschijnlijk vergeten je handwiel terug in te duwen na het maken van een nieuw spoeltje.
  5. Was je vergeten om je voetje naar beneden te zetten en zit er een hele knoop draad binnenin je machine? Dan moet je het steekplaatje losvijzen. Dit doe je zoals in dit filmpje.
  6. Heb je een stuk dubbel of scheef gestikt en je stiksel moet worden verwijderd? Dan gebruik je een tornmesje om je stiksel te verwijderen. Klik hier voor een filmpje.
  7. Je machine maakt een gek kloppend geluid als je stikt en lijkt te blokkeren, zoals op dit filmpje? Verwijder de bovenste draad en rijg deze helemaal opnieuw in.
  8. Naald gebroken? Een naald verwijderen en vervangen doe je zoals op dit filmpje.
  9. Is er door een eerder probleem onderaan de stof een verdikking (knoopje) ontstaan die je niet meer los krijgt en waar je niet meer over geraakt? Verplaats dan je persvoetje zodat je eroverheen bent. Zoals op dit filmpje.
Geplaatst op 7 reacties

Werkbeschrijving naaipakket mondmasker

Het Pakket van Madame Tirette

Het naaipakket bevat een gedrukt patroon in 3 maten (volwassenen, grote kinderen en kleine kinderen) en de verbruiksmaterialen om 3 maskers te maken: stof, wattine (volumevlies H630), lint, alu-draad en kabelbindertjes. Je kan het pakket bestellen via de webshop van Madame Tirette. Een pakket kost 15 euro.

Let op! Dit pakket is bedoeld voor mensen die graag met hun handen bezig zijn en al eerder hebben genaaid. De moeilijkheidsgraad is niveau 1. Voorzie ongeveer een uur de tijd om je eerste mondmasker te maken. Volgende versies gaat natuurlijk sneller. Volg de eerste keer zeker aandachtig de werkbeschrijving.

De stoffen in het pakket kunnen verschillen van de stof op deze foto

De stofjes

Er zijn verschillende pakketten verkrijgbaar. Sommige pakketten zijn effen en neutraal van kleur, andere pakketten bevatten een assortiment van verschillende speelse motiefjes.

Het naaipakket “stippels” bevat 1 soort stof (double gauze) die nog net iets dunner is en daardoor nog beter ademt. Het pakket “olifantje” wordt nog aangevuld met het pakket “walvisje” Er zijn ook volledig effen donkergrijze pakketten beschikbaar, en een met bloemetjes.

Gereedschap

Naast het zelfmaakpakket van Madame Tirette heb je het volgende gereedschap nodig: naald en draad, speldjes, strijkijzer, nijptang, fijn stiftje, een goeie schaar en een lintmeter of lange lat. Een naaimachine is handig maar het kan ook met de hand. Wat je hiervan thuis niet hebt liggen kan je extra bijbestellen via de webshop.

Het patroon

Het patroon dat bij het pakket zit is uitgetekend in 3 maten: voor kleine kinderen, voor grotere kinderen en voor volwassenen.

De voorbereiding

Was de stof (niet het volumevlies) op 60 graden in de wasmachine om ze te desinfecteren maar ook om te voorkomen dat de stof later gaat krimpen. Je steekt de stof best in een zakje om delicaat ondergoed te wassen, want de stof zal rafelen (vooral de donkergrijze hydrofiel) en die rafels zijn niet goed voor je wasmachine.

Tip: Is het voor jou niet erg praktisch voor je om de stofjes voor te wassen, dan kan je de maskers ook wassen als ze al klaar zijn. Je moet er dan wel vanuit gaan dat het masker ongeveer 1 cm kleiner zal worden. Voor mijzelf geeft dat geen probleem maar voor mijn vriend (met groot hoofd en een baard) wordt ze dan te klein. Wil je de originele grootte behouden, teken het patroon langs alle kanten 0,5 cm groter over.

Als het droog is strijk je de stof plat zodat je netjes kan werken.

Knip de stof in drie gelijke delen. Elk deel is ongeveer de grootte van een A4.


Heb je gekozen voor het pakket “stippels” , trek dan de twee laagjes stof uit elkaar. Je krijgt duidelijk een laagje voor de buitenkant (goed bedrukt) en een laagje voor de voering (minder goed bedrukt). Aan de verkeerde kanten van de stof hangen nu allemaal kleine draadjes van het uiteen trekken. Dat ziet er misschien gek uit, maar dat is normaal. Je kan die draadjes gewoon laten hangen. Die verkeerde kanten komen straks binnenin dus daar ga je geen last van hebben. klik hier voor een filmpje.

Koos je voor het pakket “olifant” dan hoef je de stoflagen niet uit elkaar te trekken. Combineer alvast 2 stofjes en kies een buiten- en binnenkant.

Knip de linten in gelijke stukken van 50 cm. Je hebt 2 linten nodig per masker.

Knip met je tang het aludraad in gelijke stukjes van 10 cm. Krul de uiteinden op rond de punt van je tang zodat het uiteindelijke draadje ongeveer 6 cm lang is. Klik hier voor een filmpje.

1. Tekenen

Leg de strook volumevlies met zachte kant naar boven op tafel. Leg het patroon eronder. Doordat de wattine een beetje doorschijnend is kan je het patroon op de wattine kalkeren.

Let op! Leg je patroon zoveel als je kan aan de zijkant, want het past maar net 3 keer op het stuk wattine. Teken met een fijn zwart stiftje de vorm op een stuk wattine zoals op de foto. Vergeet niet het midden bovenaan aan te duiden en de plaats voor de lintjes.

2. Persen

Leg de wattine met de ruwe kant (plakkant) naar boven op je strijkplank. Leg je buitenste stof er bovenop, met de verkeerde kant (de kant met de draadjes) naar beneden tegen de wattine. Knip de wattine wat bij als ze uitsteekt langs de randen. Ze mag echt niet aan je strijkijzer kleven! Pers ongeveer 15 seconden met je strijkijzer tot de wattine goed aan de stof plakt. Stoom gebruiken mag, dan plakt het nog sneller.

Let op! Als je een stofje hebt met olifantjes of hartjes mogen ze straks niet ondersteboven staan!

3. Uitknippen

Knip het losse rechthoekig stukje voor de neusbrug uit op de lijn.

Leg het stukje voeringstof onder de gewatteerde stof (goede kanten tegen elkaar). Speld de lagen vast dat het niet kan verschuiven en knip de twee lagen samen uit op de lijn. (Knip er geen naad rond!) Voeringstof en buitenstof hebben nu exact dezelfde vorm. Haal de twee lagen (voering en buitenstof) weer uit elkaar.

4. Rechthoekje naaien

Speld het rechthoekje op de juiste plaats vast zoals op de foto en naai de zijkanten en de onderkant van het rechthoekje op ongeveer 0,5 cm van de rand. Laat de bovenkant open.

Klik hier voor een filmpje met een handig trucje om een knoopje in je draad te leggen.

Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je dit stukje met de hand naait met een stiksteek.

Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je je draad vast zet als je klaar bent.

5. Middennaden naaien

Speld van de buitenstof de randen met de goede kanten tegen elkaar om de middennaad te naaien. Doe hetzelfde voor de voeringstof.

Let op als je de double gauze met stippels gebruikt en de voering gaat naaien! De goede kanten moeten tegen elkaar. De goede kant, dat is de kant waar geen losse draadjes uithangen. Die is iets lichter van kleur dan de verkeerde kant.

Naai op 1 cm van de rand de middennaad in de richting van de pijl en laat het stiksel schuin aflopen naar de rand op het einde. Als je naald en draad gebruikt doe je dit met dezelfde stiksteek.

Knip de naadwaarde korter af bij de ronding van de kin. Dit helpt om de volgende stap beter te kunnen uitvoeren.

Leg de naadwaarde naar 1 kant en naai of stik de naad plat op de goede kant op ongeveer 0,5 cm naast de naad. Doe dit zowel voor de binnenkant als voor de voering.

Let op! Je stiksel mag echt niet minder dan 0,5 cm naast de naad lopen, want je maakt nu het tunneltje voor het kabelbindertje. Als het te smal is past je kabelbindertje hier straks niet meer in.

Klik hier voor een filmpje van hoe je dit met de hand doet met een rijgsteek.

Nu kan je een baleintje (kabelbindertje) in je naad te verwerken. Dit zorgt ervoor dat het masker nog mooier in vorm blijft. Zo ontstaat er geen plooi ter hoogte van de mond als je het lang draagt. Het baleintje insteken is wat prutsen de eerste keer. Lukt het je niet, geen paniek. Je masker is perfect en veilig zonder. Probeer het nog eens bij je volgende exemplaar. Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je de naad platstikt en het kabelbindertje erin verwerkt.

zonder kabelbindertje in de naad valt het masker na een tijdje in ter hoogte van de mond.

6. Lintjes

Speld de uiteinden van de lintjes vast zoals op de foto, op de goede kant, achteraan is op de wattine aangegeven waar die moeten komen.

7. Dubbelen

Steek de cupjes in elkaar zodat ze met de goede kanten tegen elkaar liggen. Speld vast. Stik of naai met een stiksteek op 1 cm van de rand de omtrek, maar laat het open bovenaan, ter hoogte van het rechthoekje.


Let op! Je moet bij deze stap heel erg goed uitkijken dat je niet per ongeluk de lintjes ergens tussen naait waar het niet de bedoeling is. Het helpt om de uiteindes van de lintjes even door het gaatje te halen, zo zitten ze minder in de weg.

Stik of naai met een stiksteek op 1 cm naadwaarde rondom en begin bij het einde van het rechthoekje. Stik rondom met het wattinelaagje aan de bovenkant, tot waar het rechthoekje weer begint. Vergeet niet te hechten in het begin en op het einde.

8. Neusbrug met aludraadje

Steek het stukje alu-draad in het voorziene zakje, tussen de twee gewattineerde lagen. Zodanig dat de opgekrulde deeltjes naar de rand van het masker wijzen. Klik hier voor een filmpje.

(Als je een kindermaatje maakt wordt het straks erg moeilijk om het masker te keren door het kleine gaatje als het alu-draadje er al in zit. Je kan er dan beter voor kiezen om het masker eerst te keren vooraleer je het aludraadje erin steekt, het is dan iets lastiger om het zakje dicht te naaien als het masker al gekeerd is. )

Naai, zonder de voeringstof mee te naaien, het zakje dicht op 1 cm van de rand.

Doe je dit met de hand, gebruik dan de rijgsteek.

Doe je dit met de naaimachine, gebruik dan je ritsvoetje om dicht tegen het aludraadje te kunnen stikken.

Klik hier om op een filmpje te zien hoe je met het ritsvoetje het zakje dichtstikt en hoe je het masker keert.

10. Keergat dichtnaaien

Knip de helft van de naadwaarde rondom weg. Dit helpt tegen het omkrullen van de randen straks.

Ook als je met een naaimachine werkt, is het aan te raden om de volgende stap met de hand uit te voeren voor een mooier resultaat.

Keer het masker door het gat.
Duw de naadwaarde naar binnen, steek vast met speldjes en naai het gat dicht met een blinde steek of een laddersteek.

Let op! Als je een kindermaatje maakt en er zit nog geen aludraadje in, steek dat er dan eerst in en naai het zakje dicht voor je het keergat dicht naait. Probeer dat niet in één stap (been there, done that)

Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je het masker keert en het gat dichtspeld.

Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je het keergat dichtnaait met de laddersteek = blinde steek.

11. Rand doorstikken/doornaaien

Als je met de hand werkt, naai dan de hele rand rondom op ongeveer 0,5 cm van de rand met een rijgsteek.

Gebruik je een naaimachine, stik dan de rand door op 0,5 mm van de rand. Begin en eindig bij het (dichtgenaaide) keergat. Het is aan te raden om het stukje boven het aludraadje met de hand te naaien zodat je goed dicht tegen het draadje aan kan naaien zonder naalden te breken.

Klik hier voor een filmpje om te zien hoe je de rand kan doornaaien.

12. Lintjes afwerken

Maak een knoopje op enkele cm van het einde van de lintjes en knip de overschot eraf.

13. Correct gebruik en onderhoud

Zet het masker met het aludraadje bovenaan op je neus. Vorm het draadje naar de vorm van jou neusbrug. De lintjes moeten boven de oren, schuin naar boven en strak worden vastgeknoopt achterop je hoofd. Trek daarna het masker nog eens strak naar beneden over je kin.

Het is aangeraden het masker te wassen op 60 graden in de wasmachine. Steek het best in een beschermend zakje waar je ook delicaat ondergoed in wast, zodat de lintjes niet verstrengelen in je andere kleren.

14. Tips en Trics

Zitten je mondmasker en je bril elkaar in de weg? Naai dan twee ringetjes rond de lintjes. Daar kan je de steeltjes van je bril ook doorsteken. Zo blijft alles veel beter zitten!

Hou het veilig, blijf gezond en stuur me zeker een foto van het eindresultaat! Ik ben heel benieuwd!

Liefs,

Madame Tirette